4. Tijdens het onlangs gehouden Symposium van Tuinhistorisch Genootschap Cascade sprak Jan Holwerda, bestuurslid van Cascade, over de Engelse tuinarchitect Humphrey Repton (1752-1818) en hij vroeg zich af of deze wel eens in Nederland was geweest. De kwekerijen van Nederland stonden in de 18de en 19de eeuw zeer bekend en menige leerling uit Engeland en Duitsland kwam hier ervaring opdoen. Ik adviseerde Jan eens in de bibliotheek van Haarlem te zoeken naar een 18de eeuwse plantencatalogus die ik eens had gebruikt voor een beplantingsadvies voor de 18de eeuwse kruidentuin van Beeckestijn te Velsen, tenslotte niet al te ver van Haarlem. Ik wist zeker dat zich in die bibliotheek een plantencatalogus bevond die door een Engelse hortulanus was samengesteld. Zelf dacht ik aan Humphrey Repton, maar ik zat er wel een beetje naast. Thuis gekomen heb ik het verder uitgezocht en het bleek een plantencatalogus te zijn van de medische tuin in Haarlem, samengesteld door William Kent, die van 1777 tot 1784 hortulanus was van genoemde tuin. Zie mijn eerdere onderzoekje over William Kent, http://www.cascade1987.nl/william-kent-in-nederland/
Deze catalogus zal nu binnenkort worden opgenomen in het e-depot van Bibliotheek WUR. (Zie: http://edepot.wur.nl/477678). In 1976 heb ik uit deze catalogus een plantenlijst samengesteld t.b.v. de reconstructie van de kruidentuin op de buitenplaats Beeckestijn te Velsen.
5. Brakenstein Texel.
Dit gaat om een ongevraagd advies. Op hetzelfde symposium als boven vermeld (nr.4) werd mij de vraag gesteld of ik iets wist te vertellen over de buitenplaats Brakenstein te Texel. Ik wist er niets van behalve dat ik het artikel van Jan Holwerda kende, getiteld ‘Toenmalige tuinen op Texel’, in het Cascade-boek Tuingeschiedenis in Nederland II, (2016), p.131-140. Om mij verder te informeren kreeg ik een krantenknipsel van de vragenstelster. Daarin stond te lezen dat de eigenaren van Brakenstein om verdere informatie vroegen. Ook bleek dat zij intussen een website hadden gelanceerd. Ik heb me toen verder georienteerd en zocht allereerst naar de kadastrale kaart en bijbehorende OAT (zie hieronder). Mocht ik wat vinden dan zouden de eigenaren daar blij mee zijn, dus heb ik deze naar de eigenaren opgestuurd. Dit buiten is afgebeeld op een kaart van I.H. Koch, die tussen 1794 en 1811 gemaakt moet zijn.
Gegevens uit de Oorspronkelijke Aanwijzende Tafels (OAT): eigenaar M. den Berger. Hij was waarschijnlijk de zoon van de landmeter Leendert Matthijsz. den Berger (1743-1802), die Brakestein kocht in 1786.
1146 strook hakhout en water (gracht)
1147 oml(iggend?). land
1148 tuin en boschstrook
1149 hakhout
1150 boomgaard
1151 huis en erf
1152 idem en bosch
1153 hakhout
1154 tuin
1155 t/m 1164 weiland
Vanuit het huis kijkt men over de tuin in zuid-westelijke richting door een zichtlaan (roze gekleurd). De rechthoekige aanleg zal waarschijnlijk al uit de eerste helft van de 18de eeuw dateren, zo niet al uit de tijd van de eerste eigenaar, J. Pietersz. Braeck die in 1668 op deze plek een huis kocht. De eerste druk van het tuinboek Den Nederlandtsen Hovenier kwam in datzelfde jaar uit en is mogelijk voor Braeck een handboek geweest dat hij goed kon gebruiken.