Categoriearchief: Binnenstad & Buitenleven

WAT DEED JAN DAVID ZOCHER JR. OP DE PAAUW IN WASSENAAR

Restauratiewerkzaamheden op buitenplaats De Paauw in Wassenaar hebben de architectonische werkzaamheden van Jan David Zocher op De Paauw in een ander daglicht gesteld.
(overgenomen van Raymond Kuilboer op InkedIn):
“De restauratie van de buitenzijde van Huize De Paauw ging van start op 6 februari. Tijdens de werkzaamheden is een bouwhistorische ontdekking gedaan die de gangbare beschrijving van de bouwfasering op de proef stelt. Namelijk niet de bekende Haarlemse architect Jan David Zocher junior maar de relatief onbekende Berlijnse architect Hermann Wentzel blijkt de ontwerper van de beide zijvleugels te zijn. De zijvleugels van Zocher blijken van hout te zijn geweest, en zijn door Wentzel vervangen door gemetselde bouwdelen. De Paauw blijkt dus Pruisischer dan gedacht.

Hermann Wentzel werd in 1851 als jonge Berlijnse architect naar Nederland gehaald door Prins Frederik. Onder zijn leiding liet de prins het Hollands Buiten De Paauw verbouwen tot een Pruisisch paleis. Wentzel was tevens verantwoordelijk voor de aankleding van Frederiks parkenroute.

De tot voor kort gangbare beschrijving van de bouwfases van De Paauw met de uitbreidingen hoort toch anders te zijn. Nu blijkt dat het anders zit. Dit is afgelopen zomer ontdekt bij de restauratie aan de achterzijde. Het metselwerk aan de voorzijde bevestigt deze waarnemingen.

Het metselwerk dat in het zicht kwam, laat zien dat de vermeende Zochervleugel en de balzaal, de huidige raadzaal, van Wentzel in feite in één keer zijn gebouwd. Rond 1859 heeft deze grote verbouwing plaatsgevonden. In die periode is ook de inmiddels weer gesloopte logeervleugel gebouwd.

Het van oorsprong gemetselde hoofdhuis is aan beide zijden uitgebreid met stenen zijvleugels door prins Frederik en prinses Louise in 1858. De houten Zochervleugels uit 1838 lieten zij slopen.

Een krantenbericht uit 1859 onderschrijft de omvangrijke verbouwing door Wentzel. Hierin lezen we dat de vleugels van Zocher uit hout bestonden en door Wentzel zijn vervangen in steen.

Deze belangrijke ontdekking is in belangrijke mate toe te schrijven aan de inspanningen van Dominique Vermeulen van bureau Wevers & Van Luipen uit Utrecht.”

Dit bericht verandert tot heden niets aan de werkzaamheden voor het park achter en rond Huis De Paauw waarvan wordt aangenomen dat die oorspronkelijk door Jan David Zocher zijn ontworpen.  Bronnen die dit ondersteunen zijn:

  • Eynden, R. van der en A. van der Willigen. Geschiedenis der vaderlandsche schilderkunst. 1820 (deel 3); aanhangsel 1840.
  • Immerzeel, J. jr. en postuum bewerkt door C.H. Immerzeel en C. Immerzeel. Levens en werken der Hollandsche en Vlaamsche kunst-schilders…bouwmeesters… / Amsterdam, 1842 / 1843. 3 delen.
  • Lutgers, P.J. en W.J. Hofdijk. Gezigten in de omstreken van ‘s-Gravenhage en Leyden… [Loenen aan de Vecht], 1855. Met verwijzingen naar Zocher.

Middeleeuwse kloostertuinen in Amsterdam, 1544

KLOOSTERTUINEN IN AMSTERDAM VOOR DE ALTERATIE (1578). Dit is de titel van een nieuw artikel van onze hand, vorige week ingeleverd bij BULLETIN CASCADE.

Cornelis Anthonis, Vogelvlucht van Amsterdam (houtsnede, 1544)

 De middeleeuwse kloosters in Amsterdam (tek. Dienst Publieke werken, aangevuld met de locatie van de middeleeuwse kloosters door Walther Schoonenberg)

De kaart van Cornelis Anthonisz. uit 1544 geeft exact aan waar de kloosters in de stad (binnen het Singel en de Kloveniersburgwal) waren gelegen. Vergroot de kaart in je computer en bekijk de kaart met de legenda hieronder.

(1 Begijnhof); 2 Oude Nonnenklooster; 3 Kartuizerklooster; 4 Reguliersklooster; 5 St-Claraklooster; 6 St-Barbaraklooster; 7 St-Agnesklooster; 8 Nieuwe Nonnenklooster; 9 St-Paulusbroedersklooster; 10 St-Ceciliaklooster; 11 St-Maria Magdalenaklooster op het Spui; 12 St-Catharinaklooster; 13 St-Luciaklooster; 14 St-Margarethaklooster; 15 St-Mariaklooster; 16 St-Ursulaklooster; 17 St-Geertrudisklooster; 18 Cellebroedersklooster; 19 Bethaniënklooster; 20 Minderbroederklooster; 21 Cellezustersklooster; 22 Clarissenklooster.

Oude Kerk Amsterdam: Rood raam en Groene Tuin

Tuintje bij Oude Kerk Amsterdam

In ons vorige bericht heb ik geschreven over het plan van kunstenaar Calo om het glas van de ramen in de Heilig Grafkapel van de Oude Kerk te vervangen door rood glas.  Kunst gaat voor historie. Het kort geding aangespannen door de Vereniging Amsterdamse Binnenstad (VVAB) heeft plaatsing van het raam niet kunnen verhinderen, maar behalve de VVAB hebben ook Heemschut en de St. tot Behoud van de Oude kerk bezwaar aangetekend en de bezwaarprocedure moet nog beginnen. Gezien het feit dat het raam reversibel is en gisteren bekend is geworden dat de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (RCE) zich aansluit bij het negatief advies van MenA (bureau Monumenten en Archeologie Gemeente Amsterdam) en spreekt zich uit TEGEN  plaatsing van het rode raam van de Oude Kerk, is er goede hoop dat het rode raam weer wordt verwijderd. Heeft u al gelezen waarom wij het rode raam geen goed idee vinden? Juliets artikel hierover (in het tijdschrift Binnenstad 287/288)  is gelinkt aan ons vorige bericht.

Om ook iets aardigs te melden over de Oude Kerk, ik maakte bij mijn bezoek een foto van het tuintje aan de westzijde van de kerk. Heerlijke koffie en taart! Het tuintje is ontworpen door Cilia Prenen en Leo den Dulk deed een voorstel voor beplanting. Of Leo en Cilia zich gericht hebben op een bepaalde periode weet ik niet. Ik zal het hen vragen.

Twee redenen dus om de Oude Kerk in Amsterdam te gaan bezoeken: de beglazing in de Heilig Grafkapel en het tuintje bij de kerk.

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

Ietse-Jan Stokroos winnaar van de Carla Oldenburger-Ebbers penning met ‘Graven in het Landschap’

Zie ook het vorige bericht. Onderstaande foto’s  betreffen de uitreiking van de Carla Oldenburger-Ebbers penning (Stimuleringsprijs voor jonge onderzoekers Tuinhistorie).

De winnende scriptie van Ietse-Jan Stokroos, getiteld ‘Graven in het Landschap’. Foto Niek Ravensbergen

Overhandiging van de Carla S. Oldenburger-Ebbers-penning door Carla Oldenburger-Ebbers aan Ietse-Jan Stokroos, op De Leemcule in Dalfsen, 21 juni 20017. Foto Niek Ravensbergen

MIEN RUYS COMPLETE BIOGRAFIE

Vrijdag 16 juni gaat het echt gebeuren. Na lange tijd van vooronderzoek wordt het eerste exemplaar van de COMPLETE  MIEN RUYS BIOGRAFIE, geschreven door Leo den Dulk en uitgegeven door De Hef Publishers, aan de voorzitter van Cascade Tuinhistorisch Genootschap, dr. Johan Carel Bierens de Haan aangeboden. De complete titel luidt:

Zoeken naar de heldere lijn
Mien Ruys 1904-1999
De complete biografie. Leo den Dulk

Mien Ruys is de belangrijkste Nederlandse tuinarchitect van de 20ste eeuw en wordt ook in het buitenland gezien als een van de voornaamste vertegenwoordigers van de moderne stroming in de tuin- en landschapsarchitectuur. Wat Gerrit Rietveld voor de architectuur betekende en Piet Mondriaan voor de Stijl-beweging, was zij voor de groene buitenruimte. Ruys brak rigoureus met de zware romantische parken en stijve rozenperkjes en voedde generaties tuinbezitters op met haar heldere plattegronden en haar uitbundige plantenborders. Op het niveau van stedelijk groen werkte zij samen met stedenbouwkundigen en architecten van het architectencollectief De 8 en Opbouw zoals Cornelis van Eesteren en Ben Merkelbach.
Deze biografie, onder meer gebaseerd op haar dagboeken, is toegespitst op de ontwikkeling van haar oeuvre, geïllustreerd met plattegronden, tekeningen en kleurenfoto’s. Daarin staat Mien Ruys’ voortdurende zoeken naar heldere lijnen en opvattingen centraal: door zelfontplooiing, experimenten en debatten met zielsverwanten. Het boek begint met haar ontwikkelingsjaren als kwekersdochter, haar Berlijnse tijd, haar architectuuropleiding in Delft en haar worsteling om zich vrij te maken van burgerlijke conventies. Op het terrein van de familiekwekerij Moerheim in Dedemsvaart begint zij experimentele tuinen, die nog altijd bestaan en een trekpleister vormen voor liefhebbers uit de hele wereld. In 1937 start zij een bureau in Amsterdam, dat behalve voor particulieren en gemeenten, groenontwerpen maakt bij ziekenhuizen en fabrieken. Zij vormen steeds een neerslag van haar sociale idealen voor meer levenskwaliteit van brede bevolkingslagen.

Nog altijd laten vakgenoten zich door de ideeën van Mien Ruys inspireren. Onder anderen ontwerpers van de beroemde ‘Dutch Wave’, zoals Piet Oudolf, Jacqueline van der Kloet en Ton ter Linden zijn aan haar schatplichtig. Er is nog een aantal tuinen en groenvoorzieningen en een duizendtal ontwerpen van Ruys’ hand bewaard. Vooral het groen in de wederopbouwwijken vormt een actueel onderwerp in debatten over stedelijke herontwikkeling. Het boek luidt een serie deeltentoonstellingen en debatten over Mien Ruys in, o.a. in ABC archtectuurcentrum Haarlem, De Ploeg Bergeyk, LU Wageningen, Mien Ruys Tuinen Dedemsvaart,Van Eesteren Museum Amsterdam.

Eindredactie: Anne Mieke Backer
Pagina’s: 340 Afbeeldingen: 350
Hardcover Full Colour: 25 x 20,5 cm
Met uitgebreide Engelse Summary
ISBN 978 90 6906 051 4
Prijs € 39,90
Uitgeverij de HEF www.dehefpublishers.nl
Verschijning: 15 juni 2017

 

Waar denk je aan bij de Beemster?

Waar denk je aan bij De Beemster?  Niet direct aan een appelboom toch? Ik kende dit schilderij niet tot ik vorige week voor de eerste keer het Museum MORE in Gorssel bezocht.  Prachtig museum met voornamelijk realistische kunst, schilderijen van Pyke Koch, Carel Willink,  Charley Toorop, Jan Mankes en moderner Marlene Dumas, Ruud van Empel, Erwin Olaf en veel meer.  De appelboom van

Charley Toorop bracht mij even terug naar de bloeiende Betuwe, waar ik dit voorjaar zoveel heb rondgereden tussen de fruitbomen door. Heel expressief schilderij (ca. 1949).

Natuurlijk denk ik als historische landschapper ook aan de droogmakerij, aan de weidsheid van het landschap, aan orde en regelmaat in de 17de eeuw, aan rechte vakken, aan de polder, die in 1612 droog viel en in 1999 op de UNESCOWerelderfgoedlijst werd geplaatst. Leuke tegenstrijdige combinatie van mathematisch recht en kleurig krom. Duidelijk geïnspireerd door Van Gogh.

Kaart van de Beemster. Daniel van Breen. 1658.